X

Opslag- en expeditietaken

Datum laatste wijziging: 20-08-2020

Intro / algemeen

De belangrijkste taken zijn het inpakken, tijdelijk opslaan in een koelcel of direct klaarmaken voor vervoer naar de afnemers van het eindproduct. Overige taken zijn het verzorgen van het interne transport van bijvoorbeeld grondstoffen en halffabrikaten. De aanvoer van bakken en karren wordt meestal uitgevoerd met een hand- of electropalletwagen (EPT) of heftruck.

Links

Risico

Bij deze werkzaamheden zijn er veiligheidsrisico's zoals struikelen, beknellinggevaar en valgevaar. Ook zijn er specifieke risico's bij het werken in koelcellen.

Lichamelijke belasting in de vorm van tillen, duwen en trekken zijn risicofactoren voor de gezondheid van de medewerkers.

Eisen

Eisen bij de opslag van producten in koelcel zijn:

  • er wordt gebruik gemaakt van doelmatige hulpmiddelen zoals heftrucks of elektropallettrucks;
  • maatregelen nemen voor de specifieke veiligheidsrisico's bij het werken in koelcel.

Eisen bij het beladen van vrachtwagens zijn:

  • er wordt gebruik gemaakt van doelmatige hulpmiddelen zoals heftrucks of hangbanen;
  • een vrachtwagen is bij het laden en lossen goed gestempeld;
  • levellers zijn stroef;
  • op- en afritten, dockboards en laadplatforms zijn afgestemd op de afmetingen en het gewicht van de te verwachten lading;
  • laadplatforms beschikken over minimaal één uitgang;
  • hellingen moeten bij voorkeur niet meer dan 10% bedragen, bij steilere hellingen moet een waarschuwingsbord met een hellingspercentage zijn geplaatst;
  • bij op- en afritten (met uitzondering van dockboards) zijn aan weerszijden voorzieningen aanwezig om te voorkomen dat voertuigen naast het rijoppervlak kunnen raken, zoals muren, leuningen of kantplanken. De hoogte van de  kantplanken is minimaal een zesde van de grootste te verwachten wieldiameter maar tenminste 10 cm hoog;
  • op - en afritten met een verstelbare helling (de dockboards) moeten deugdelijk zijn vergrendeld en tegen onverhoeds ontgrendelen zijn beveiligd.  Bij de instelling van de helling van de dockboards en bij de  vergrendeling of ontgrendeling  mag het niet nodig zijn dat personen zich tussen de vrachtwagens en de laadvloer moeten begeven;
  • Zorg dat vrachtwagens precies voor het dockboard geplaatst worden. Bijvoorbeeld door:
    • te zorgen voor een goede buitenverlichting;
    • het aanbrengen van een goed zichtbare belijning, (met verf of met rijen lampjes) of
    • ‘wieldwingers’ ;
  • Voorkom oneffenheden in het buitenterrein bij de docks.
  • Voorkom beknellings- en valgevaar van medewerkers bij een dockboard:
    • Zorg dat de oprijdklep (‘dockleveller’) pas omhoog gaat als de deur open is;
    • Plaats wielkeggen of vergelijkbare voorzieningen totdat de vrachtwagen kan vertrekken of overweeg het aanbrengen bij elke dockboard van een stoplicht met twee lampen; rood en groen. Dat stoplicht is gekoppeld aan de dockdeur. Als de dockdeur is gesloten komt het licht op groen en weet de chauffeur dat de situatie veilig is. (NB Plaats zo’n stoplicht niet midden tussen twee dockdeuren om verwarring te voorkomen, zeker bij Engelse chauffeurs)
  • externe chauffeurs hun trailer af te laten koppelen op het buitenterrein waarna eigen chauffeurs de trailer voor een dockboard zetten.
  • de oprijdklep die de korte afstand overbrugt tussen de laadvloer en de rijvloer van het dockboard moet minimaal 20 cm lang zijn en voldoende breed;
  • worden losse rijplaten gebruikt, dan moeten deze tijdens gebruik deugdelijk tegen verschuiven zijn geborgd;
  • er zijn maatregelen ter preventie van tocht en koude.

Eisen bij het werken met een laadlift zijn:

  • de bedieningsmiddelen zijn zodanig geplaatst dat bediening veilig kan gebeuren en de beweging van het hefvlak goed kan worden waargenomen;
  • ongewild in beweging komen van het hefvlak is uitgesloten;
  • maximaal hefvermogen is aangegeven en wordt niet overschreden;
  • er is veiligheidsmarkering (geel/zwarte schrikstrepen) op bewegende delen;
  • kantelen of bezwijken van de lift door onvoldoende stabiliteit, te zware belading of ondeskundig gebruik is niet mogelijk.

Eisen bij het intern transport van grondstoffen en halffabrikaten zijn:

  • medewerkers beschikken over doelmatige (aangedreven) transporthulpmiddelen;
  • egale ondergrond (geen drempels etc.);
  • veilige transportroutes.

Eisen bij het wegen en sorteren zijn: 

  • de beschikbaarheid over doelmatige tilhulpmiddelen zoals een hand(weeg)pallettruck.
     
  • Medewerkers instrueren niet onnodig te ‘gooien’ met lege kratten of pallets, dit om geluidspieken te voorkomen;
  • Radiogeluid dient te worden beperkt, zie ook de goede praktijk Beperking radiogeluid
  • Maak ter vermindering van de geluidsblootstelling gebruik van heftrucks met gesloten cabines, eventueel voorzien van begrensd niveau van radio’s.

Wensen

  • Ongunstige tilsituaties vermijden bij aan- en afvoer van vleesdelen, let daarbij op de hoogte transportbanen, het tilgewicht en de stapelhoogte op pallets.
  • Te zwaar duwen of trekken wordt voorkomen door de inzet van electropalletwagens.

Onderstaande ‘wens’ is bij een dagdosis van 85dB(A) of hoger, een verplicht onderdeel van de afweging welke maatregelen redelijkerwijs genomen moeten worden, om de geluidsbelasting terug te dringen. Bij die afweging wordt de arbeidshygiënische strategie gevolgd. (link maken naar de richtlijn Arbeidshygiënische strategie)

  • Breng aan plafond en wanden van de ruimte een geluidsabsorberend materiaal aan (zie ook: GOEDE PRAKTIJKEN > Geluidsabsorberende muren, plafonds en baffles).
ContactLouis Braillelaan 80 2719 EK Zoetermeer